Ga naar hoofdinhoud
Irish Cob Society Nederland - ICS NL

Raskenmerken van de Shire vastgelegd door de Council van de Shire Horse Society

Hengsten

Kleuren – Zwart, bruin, dark bay, bay of schimmel. Roan en voskleur zijn niet toegestaan.
Een goede hengst heeft geen grote witte plekken op zijn lichaam.

Hoogte – Een volwassen hengst is tenminste 173 cm hoog. De gemiddelde hoogte is 178 cm.Hoofd – Lang en droog, niet te groot en niet te klein, met een lange hals in verhouding tot het lichaam. Grote kaakbeenderen moeten worden vermeden.

Ogen – Grote goed geplaatste ogen met een volgzame uitdrukking. Maanogen en glasogen zijn niet toegestaan.

Neus – Lichte ramsneus. Dunne en wijde neusgaten. Gesloten lippen.

Oren – Lang, droog, scherp en gevoelig.

Keel – Strak gelijnd en droog.

Schouder – Diep en schuin; breed genoeg om een haam of gareel te dragen.

Hals – Lang, licht gebogen en goed aangezet om het paard een imponerende uitdrukking te geven.

Singel – De singel varieert van 183 cm tot 244 cm bij hengsten van 168 cm tot 183 cm hoog.

Rug – Kort, sterk en bespierd. Mag niet hol zijn of rond (karperrug).

Lendenen – Goed gevuld en duidelijk aanwezig, als kenmerk voor een goede fysieke gesteldheid; mogen niet vlak zijn.

Voorhand – Brede borst; de benen goed onder het lichaam geplaatst met goed ontwikkelde bespiering, anders worden de bewegingen belemmerd.

Achterhand – Lang en hellend, breed en vol bespierd, egaal aflopend naar de dijen.

Ribben – Rond, diep en goed aangezet, niet vlak.

Voorbenen – Moeten zo recht mogelijk zijn tot aan de kogel.

Achterbenen – De hakken mogen niet te ver naar achteren staan; in lijn zijn met de billen. Het spronggewricht moet breed zijn vanaf de zijkant gezien en smal vanaf de voorzijde gezien. Piephakken en sabelbenige stand moeten vermeden worden. De pezen moeten strak gelijnd en hard zijn en aanvoelen als een fijn koord. Geen korte pijpbeenderen.

Botafmeting – Voor het pijpbeen is 28 cm ruim, hoewel zo nu en dan 32 cm is geregistreerd. Ovaal pijpbeen is zwaarder en sterker dan rond pijpbeen. Het spronggewricht moet breed, diep en vlak zijn en in juiste hoek staan voor een krachtige afzet.

Hoeven – Diep, massief en breed, wijd uitlopend, met dikke wanden. De kroonranden moeten hard en pezig zijn met massa.

Haar – Niet te veel, fijn steil en zijdeachtig

Algemeen – Een goede volwassen hengst heeft een stokmaat van tenminste 173 cm en een gewicht van 900 tot 1100 kg, zonder een overdreven lichamelijke gesteldheid. Hij moet over een mannelijk hoofd beschikken en een goede ribbenkast met schuinliggende (geen rechte) schouders, goed overlopend in de rug, die kort moet zijn en goed verbonden met de lendenen. De staart moet goed aangezet zijn en niet met afhangend kruis, wat ook wel genoemd wordt “ganzestuitje”. Zowel het hoofd als de staart moeten geheven gedragen worden. De ribben moeten goed aangezet, regelmatig en rond in de flanken zijn, hetgeen in het algemeen duidt op een goede gesteldheid. Een hengst moet goede hoeven en gewrichten hebben; de hoeven moeten breed zijn en groot rond de kroonrand met voldoende lengte in het kootgewricht. In beweging moet hij met krachtige tred gaan en daarbij zowel de knieën als de spronggewrichten gebruiken, waarbij de laatgenoemde (de spronggewrichten) dicht bij elkaar gehouden moeten worden. Hij moet zowel voorwaarts als achterwaarts recht en overtuigend gaan. Een goede hengst heeft een sterk karakter.

Merries
Kenmerken waarbij de merries verschillen van hengsten.

Kleuren – Zwart, bruin, dark bay, bay, schimmel en roan.

Hoogte – 163 cm en hoger

Hoofd – Lang en droog, niet te groot en niet te klein, lange hals in verhouding tot het lichaam, met vrouwelijke uitstraling.

Ogen – Grote goed geplaatste ogen met een volgzame uitdrukking. Maanogen en glasogen zijn toegestaan, behalve voor klasse A en B registratie.

Hals – Lang, licht gebogen en goed aangezet, niet met mannelijke uitstraling.

Singel – Tussen 152 cm en 214 cm op volwassen leeftijd, in overeenstemming met de leeftijd van het dier.

Rug – Sterk en in sommige gevallen langer dan bij een hengst.

Benen – Kort met korte pijpbeenderen

Botafmeting – Tussen 23 cm en 28 cm van het ovale pijpbeen, met strak gelijnde pezen.

Algemeen – Een merrie moet er vrouwelijk uitzien, een lang en diep lichaam hebben, actief en vrijelijk kunnen bewegen en zij moet een moederlijke uitstraling hebben. Zij moet 163 cm of hoger zijn en korte benen hebben en royaal de ruimte hebben om haar veulen te dragen.

Ruinen
Kenmerken waarbij de ruinen verschillen van hengsten.

Kleuren – Zwart, bruin, dark bay, bay, schimmel en roan.

Hoogte – 168 cm en hoger

Singel – Tussen 183 cm en 229 cm

Botafmeting – Tussen 23 cm en 26 cm onder de knie, iets meer onder het spronggewricht en aan de
zijkant van vlakke harde kwaliteit, zonder knobbels.

Algemeen – Een ruin moet kloek en stevig zijn, dik, goed in balans, erg actief en zich opgewekt bewegen. Hij moet moedig zijn en in staat zijn om een hele dag werk te verrichten en er ook als zodanig uitzien. Ruinen wegen tussen 850 en 1100 kg.